Draagvlakonderzoek windmolens Eefde: (w)elke stem telt?

1
(foto: pixabay.com)

                    [ACHTERGROND]
EEFDE/LOCHEM – Hoe onderzoek je het draagvlak voor windmolens? Die vraag is relevant nu zo’n onderzoek er begin volgend jaar komt rond de drie beoogde molens bij Eefde, op Zutphens grondgebied. De gemeenten Lochem, Zutphen en Brummen hebben opdracht gegeven voor het onderzoek dat wordt uitgevoerd door het Groninger bureau Enneüs.

Methode
Dit bureau wil nog niet veel prijsgeven over de te hanteren methode omdat het onderzoeksplan in januari eerst aan de gemeenteraden en andere betrokken partijen wordt gepresenteerd. Die presentatie is overigens openbaar. Duidelijk is wel dat er met direct-omwonenden indringender wordt gesproken dan met mensen die wat verder weg wonen van de betrokken locaties.

Stakeholders
Namens Enneüs laat projectleider/adviseur Martin Bloem weten dat een belangrijk uitgangspunt voor het onderzoek is om stakeholders zoveel mogelijk te betrekken bij de voorbereiding en uitvoering ervan. Daarom wordt een werkgroep geformeerd met afgevaardigden van de betrokken gemeenten, maar ook van organisaties als Eefde Tegenwind en IJsselwind. De laatste de partijen die twee windmolens wil bouwen ten noorden van het Twentekanaal. In het noordelijk deel van bedrijventerrein De Mars in Zutphen wil het Waterschap Rijn en IJssel een molen bouwen. Ook die plek ligt niet ver van Eefde.

Gesprekken
Enneüs is van plan om ‘keukentafelgesprekken’ te voeren met direct-omwonenden. Dat is een één-op-één-gesprek waarbij de interviewer een vragenlijst afwerkt maar waarbij ook ruimte is om extra informatie te vergaren. Zo kan de geïnterviewde zijn/haar standpunten, argumenten en motivatie kwijt. Naast de groep direct-omwonenden wordt onderzoek gedaan onder de indirect-omwonenden door middel van een steekproef. Deze mensen krijgen de mogelijkheid om de vragenlijst online in te vullen of desgewenst ook op papier.

De beoogde locaties voor de windmolens. (bron: gemeente Lochem)
De beoogde locaties voor de windmolens. (bron: gemeente Lochem)

Straal
Enneüs wil nog niets kwijt over de straal waarbinnen mensen worden bevraagd. Op de website van het onderzoeksbureau is er sprake van dat ‘een grote groep inwoners in een ruime straal rond de windmolenlocaties wordt geënquêteerd’.

Gewicht
De keukentafelgesprekken en het instellen van een werkgroep lijken erop te wijzen dat de stem van direct-omwonenden en de zogenoemde stakeholders het zwaarst gaat wegen, maar pas in januari zal blijken of dit inderdaad het geval is. De afstand van de ondervraagden tot de beoogde windmolenlocaties is eefde-tegenwindrelevant omdat het zogeheten NIMBY-effect afneemt naar gelang die afstand groter wordt.

Achtertuin
Het wetenschaps- en technologiemagazine KIJK hield in 2014 een onderzoek naar NIMBY. De afkorting staat voor Not In My Back Yard, oftewel niet-in-mijn-achtertuin. Daarbij werd onder meer gekeken naar dat effect als het om windturbines gaat. Een meerderheid van de Nederlanders is voorstander van windenergie en van hen zegt 72 procent geen bezwaar te hebben tegen een windmolen in de buurt. Dat betekent dat dus 28 procent van de Nederlanders wel vóór windenergie is maar tégen een windmolen in de eigen buurt. Zij vertonen dus NIMBY-gedrag.

ijsselwindOpbrengsten
In Eefde en omgeving speelt nog iets anders mee dat de mening van omwonenden kan beïnvloeden. IJsselwind BV – een bedrijf dat is opgericht door vier energiecoöperaties, waaronder LochemEnergie – wil de opbrengsten van de windmolens laten terugvloeien in de gemeenschap. De revenuen komen ten goede aan direct omwonenden en sociaal-maatschappelijke doelen, zoals verenigingen in de Stedendriehoek. Gezien de ligging zou Eefde daar het meest van kunnen/moeten profiteren.

Verder kunnen inwoners van de Stedendriehoek investeren in de molens. Ze krijgen de inleg met rendement terug gedurende de exploitatieperiode van de windmolens. Dat levert al snel meer op dan sparen bij een bank.

1 REACTIE

  1. De participatie vorm waar IJsselwind, de gemeentes en belanghebbenden aan denken, is helemaal fout.
    Ze willen dat een commercieel bedrijf, Ijsselwind geld gaat verdienen met windmolens, en dan een beetje van de winst aan een omgevings fonds geeft, die donatie is 0,05 cent per kWh die de windmolens gaan opwekken.
    Het kan veel beter en eerlijker voor burgers, met energie democratie. Daarbij gaat niet een BV IJsselwind of een cooperatie, stroom opwekken, maar huishoudens zelf. Zij kopen ieder een eigen kavel windpark, en hebben hun stroom voor de kostprijs, 2 tot 4 cent per kWh, en hebben de komende 25 jaar ca 3 cent per kWh voordeel, zonder SDE subsidie.

    Helaas gunnen IJsselwind, de gemeentes en Lochem energie, dit voordeel niet aan hun beoogde achterban, onbegrijpelijk, dat commerciele mensen zo blind kunnen zijn.

    Bij een commercieel windpark, ook van een cooperatie, gaat het meeste geld van de opbrengst en subsidie gaat naar de bank, als rente voor de financiering. Een ander groot deel gaat naar de marge van de stroom handel.
    En de aandeelhouders krijgen ook nog een beetje.
    Meestal zijn die aandeelhouders een paar rijke mensen uit de omgeving, zij kunnen hun investering in het windpark afschrijven voor de belasting, als ondernemer. Zo hebben rijke mensen dubbel subsidie.

    Om al deze redenen is deze commerciele aanpak van IJsselwind en de gemeente en lochem energie heel erg fout.
    De inwoners betalen al meer subsidie per kWh dan die 0,05 cent. En dat omgevingsfonds daar hebben individuele burgers niets aan, dus levert het geen positieve relatie vorming op. Alleen mensen die al voorstander zijn, zullen dat leuk vinden.

    Als huishoudens zelf eigenaar zijn, beslissen ze zelf wat ze met hun voordeel doen.
    Dat voordeel en er zelf over kunnen beslissen, levert trots eigenaarschap op. Dus een positieve binding met die windmolens.
    En energiedemocratie levert nog meer voordelen op, de voorverkoop van kavels windparkDe voorverkoop maakt ook de voorstanders zichtbaar, dat is handig voor de politiek.

    Helaas vinden commerciele ontwikkelaars, en de adviesbureaus die er aan verdienen, deze aanpak maar nies, want zij zijn gewend afgekocht te worden met de SDE subsidie.
    Die is bij energie democratie niet nodig, de kostprijs van de stroom is lager (2 cent) dan de marktprijs, voor consumenten, 4 cent.
    En als ze, de huishoudens, opdrachtgevers en later eigenaren, samen toch een constructie bedenken waarin ze wel SDE subsidie krijgen, dan krijgen zij die subsidie, en niet de gebruikelijke banken en commerciele ontwikkelaar.
    De huidige windpark bouwers zijn in feite huisjesmelkers, en als huishoudens ieder een eigen kavel kopen, hebben ze een windpark bouwer nodig die bereid is het windpark te verkopen aan vele kopers. Eigenlijk net als een woningbouw aannemer die een wijk met koop woningen bouwt.
    Energie democratie gunt huishoudens het recht om hun eigen stroom op te wekken.

Comments are closed.