Hobama: ‘Grijp in op Uitvoeringsprogramma Klimaat en Energie’ [update]

0
Zonnepark Berkelweide bij het Twentekanaal in Lochem (foto: LochemsNieuws)

LOCHEM/BARCHEM – De Barchemse belangenvereniging Hobama heeft een brief naar de gemeenteraadsleden gestuurd over het Uitvoeringsprogramma Klimaat en Energie 2021-2023. De raad neemt hier maandag (17/1) een besluit over. Het stond aanvankelijk als hamerstuk* op de agenda. Dit veranderde door de indiening van twee moties. Hobama riep de raadsfracties op om via moties of amendementen wijzigingen aan te brengen in het uitvoeringsprogramma.

[*update]
Kort na publicatie van dit bericht kwam het bericht dat zowel LochemGroen! als GroenLinks met moties komt op het Uitvoeringsprogramma Klimaat en Energie. Die van LochemGroen! sluit aan bij de wens van Hobama. De motie van GroenLinks gaat over houtstook. Dit betekent dat het onderwerp niet langer als hamerstuk op de raadsagenda staat, maar als debatstuk aan de orde komt. De motie van LochemGroen! is verwerkt in dit artikel. Over de motie van GroenLinks is een apart bericht gepubliceerd.

Belangen

Hobama schrijft dat klimaatverandering noopt tot urgentie bij de energietransitie, maar dat urgentie niet mag leiden tot het terzijde schuiven van andere voor de gemeenschap waardevolle belangen. De Barchemse organisatie zelf is ontstaan om het verzet tegen een beoogd zonnepark tussen Barchem en Ruurlo te bundelen.

Hobama vindt het teleurstellend dat een eerdere evaluatie van het zonne-energiebeleid wordt heengestapt. Die evaluatie deugt in de ogen van de organisatie niet. Het toonde gebreken in de ‘achterhaalde beleidskaders’ uit 2018 aan, zo luidt het oordeel. Een nieuw geactualiseerd beleidskader voor zon en wind is er nog steeds niet. Hobama vindt dat de raad hier nu prioriteit aan moet geven.

Ingrijpen

Hobama daagt raadsfractie uit om maandag in te grijpen door B&W zo snel mogelijk met een nieuw beleidskader zonne-energie te laten komen ter vervanging van het achterhaalde kader uit 2018. In het Uitvoeringsprogramma zouden verder de nieuwe regels van de provincie moeten worden opgenomen. Gelderland actualiseerde onlangs de Omgevingsverordening. Ten slotte zou het Uitvoeringsprogramma moeten leiden tot een veel snellere, effectieve en significante bijdrage van het bedrijfsleven en de industrie. ‘Sluit aan bij landelijke initiatieven zoals de verplichting om zonnepanelen op bedrijfsdaken aan te leggen’, zo staat er letterlijk.

Motie

LochemGroen! komt met een motie die deels inspeelt op een van de wensen van Hobama. De fractie gaat niet zo ver dat zonnepanelen op bedrijfsdaken verplicht worden, maar vraagt het college van B&W wel om bedrijven via campagnes te verleiden tot meer inspanningen op het gebied van energiebesparing en duurzaamheid.

Een overweging hierbij is dat de meeste campagnes gericht zijn op inwoners van de gemeente. Dit terwijl bedrijven goed zijn voor de helft van het gasverbruik en zelfs 80 procent van het elektriciteitsverbruik. LochemGroen! wijst erop dat op de website van de gemeente niet is te vinden over energiebesparingen en ondernemers. In de buurgemeenten Bronckhorst en Berkelland is juist wel aan voor campagnes voor duurzaam ondernemen.

Hieronder de integrale brief van Hobama aan de raadsleden:

Geachte Gemeenteraadsleden,

Als hamerstuk staat komende maandag het Uitvoeringsprogramma Klimaat en Energie 2021 – 2023 op de agenda van de Gemeenteraad. De gedrevenheid die uit het document spreekt valt te prijzen, want klimaatverandering noodzaakt tot urgentie bij de energietransitie.

Daar hoort de kanttekening bij dat urgentie niet het motief mag zijn om andere voor de gemeenschap waardevolle belangen te gemakkelijk terzijde te schuiven. We doelen dan met name op draagvlak, participatie, landbouw, natuur en landschap. Een goed beleids- en afwegingskader met daarbij heldere en afdwingbare voorwaarden is op zijn plaats met daarin verweven een correcte afweging van belangen. De vaststelling dat Lochem een buitengebied heeft van grote landschappelijke waarde en diversiteit, is bemoedigend, maar maak dat dan ook waar.

Het is op z’n zachtst gezegd teleurstellend dat in het programma heel gemakkelijk over de in 2020 uitgevoerde evaluatie van het zonne-energie-beleid wordt heengestapt. Nog steeds is deze niet in beleid vertaald. Die evaluatie toonde grote mankementen aan in het in 2018 vastgestelde en inmiddels achterhaalde kader, zoals gebrek aan regie bij locatiekeuzes, het niet vroegtijdig en beter betrekken van burgers en het ontbreken van participatie en draagvlak. Dat er ondanks toezeggingen vanuit het College nog geen nieuw beleidskader is vastgesteld is, in hoge mate verontrustend. Uit het Uitvoeringsprogramma blijkt niet dat eraan wordt gewerkt. Aan de Gemeenteraad nu de taak om bij de stemming over het Uitvoeringsprogramma prioriteit te geven aan het opstellen van een nieuw beleidskader zonne-energie en ook wind. Met achterhaalde en onjuiste regels en voorwaarden kan niet worden gewerkt. Daarvan zijn burgers de dupe.

Het Uitvoeringsprogramma geeft aan dat de ontwikkelingen dynamisch zijn. Dan is het wel van belang om essentiële en bekende ontwikkelingen in voorwaarden van de Rijksoverheid en de provincie in zo’n programma op te nemen. Wat dat betreft is het een omissie dat belangrijke aanpassingen in de inmiddels geactualiseerde Omgevingsverordening van de provincie niet zijn vertaald in dit programma. Ze hebben onder meer betrekking op natuur en landschap in relatie tot grootschalige zonneparken en windturbines. De RES 1.0 is op essentiële onderdelen zoals de zonneladder in strijd met die geactualiseerde Omgevingsverordening. Neem ook de aanstaande wettelijke voorschriften voor zonnepanelen op nieuwe bedrijfsdaken mee.

Belangrijk is ook een veel grotere nadruk op bedrijfsleven en industrie. Zij zijn met 80 procent de grootverbruikers van de energie. Wil Lochem de doelstelling van energieneutraal in 2030 halen, dan zullen van de kant van het bedrijfsleven en industrie veel grotere inspanningen moeten worden geleverd. Tegen die achtergrond zijn resultaten als ‘kansen benoemen en eventueel faciliteren’ veel te vaag en te vrijblijvend geformuleerd. Evenals de aangevoerde redenen waarom zon op bedrijfsdaken hier niet kan. Het Uitvoeringsprogramma volgt blijkbaar niet de technologisch ontwikkeling van lichte panelen, convenanten met verzekeraars en nieuwe wettelijke voorschriften met verplichtingen voor aanleg van panelen op bedrijfsdaken.

Terwijl kernen en belangengroepering aan de slag gaan met lokale energiestrategieën (hulde dat dit wordt ondersteund), zouden bedrijfsleven en industrie evenzeer hiervoor de mouwen moeten opstropen. Hou in dit kader alstublieft ook op met propaganda vergelijkingen, die zand in de ogen strooien als “de zonneparken zorgen voor de energiebehoefte van 8.000 huishoudens”. Dat is slechts een fractie. Daar doe je het kennelijk voor. Alsof die energie naar huishoudens gaat.

Het is nu het moment voor de Raad om nog amendementen of moties aan te nemen. Wij stellen de volgende voor:
–  B&W zo snel mogelijk met een nieuw beleidskader zonne-energie te laten komen ter vervanging van het achterhaalde kader uit 2018.
– Schrijf voor dat het Uitvoeringsprogramma de nieuwe regels van de provincie in haar geactualiseerde Omgevingsverordening meeneemt.
– Bewerkstellig een veel snellere, effectieve en significante bijdrage van het bedrijfsleven en de industrie. Sluit aan bij landelijke initiatieven zoals de verplichting om zonnepanelen op bedrijfsdaken aan te leggen.

Tot slot nog een kleine aantekening ten aanzien bij de vermelding van het aantal hectare zonneparken. Op pagina 16 staat dat 77 ha vergund is en 13 ha in procedure. De bijlage heeft het over respectievelijk 74 ha en 16 ha.

Tot zover onze korte bijdrage.

Met vriendelijke groet,

Hans Siemes, voorzitter Hobama