De Vergulde Os Lochem: Kosmisch Ludiek Ontspanningscentrum

0
De oprichters van De Vergulde Os in 1969. Vlnr: Peter Mense, Paul van Manen, Gerth Beltman, Eric Krijger en René Boom. (Bron: archief Paul van Maanen)

LOCHEM – Kan een project binnen ongeveer anderhalf jaar legendarisch worden? En ook na 55 jaar nog op veler lippen bestorven liggen? Antwoord: Ja dat kan. Lochems allereerste jongerencentrum met de welluidende naam ‘In De Vergulde Os’ is er een voorbeeld van. Of: hoe vijf jonge knapen het voor elkaar kregen om de Amsterdamse hippiescene naar Lochem te halen.

Een ingezonden stuk in de Graafschapbode in januari 1969 begint met de zinnen: ‘Wij, René, Frank, Paul, Peter en Gerth (Stichting Mouse), exploiterende het Kosmisch Ludiek Ontspanningscentrum ‘In de Vergulde Os’, nodigen jullie hierbij uit (clicheetje) om op 18 januari 1969 te aanschouwen hoe onze burgervader en aanhangsel het openingslint van ons pand officieus zal rammen, hierin bijgestaan door de commissaris van de koningin in de provincie Gelderland Jhr. Mr. Bloembol en andere delinquenten.’ De echte naam van de toenmalige commissaris van de koningin was overigens Bloemers.

Theehuis

De tekst ademt misschien een beetje de sfeer van Normaal avant la lettre, maar niets is minder waar. In de onbewoonbaar verklaarde woningen aan de Oosterwal in Lochem – achter waar nu de Primera staat – bevonden zich een theehuis, een leeszaal, diverse podia, lichtprojecties en een filmkamer. En de later beroemd geworden popfotograaf Kees Tabak had op zolder zijn eigen doka. Alles is terug te vinden in een plakboek dat door medeoprichter wijlen Paul van Maanen werd bijgehouden. Dat persoonlijke archief diende als basis en aanzet voor dit artikel.

Naast Paul Van Maanen werd De Vergulde Os van de grond getild door Peter Mense, René Boom, Frank Colijn en Gerth Beltman. Die laatste vier zijn nu krasse zeventigers en woonachtig in alle uithoeken van het land. René Boom (Deventer) en Peter Mense (Haaksbergen) zijn nog het dichtst bij hun Lochemse wortels gebleven. Prettig is ook dat de verhalen in beider geheugens slechts op details van elkaar afwijken.

Kwartje per week

Zoals de huur die moest worden neergeteld voor het gebruik van het pand. Een kwartje in de week of een gulden in de maand, in die orde van ‘grootte’ moet het zijn geweest. René Boom herinnert zich dat het om een symbolisch bedrag ging dat in werkelijkheid nooit is betaald aan mevrouw Markerink, de weduwe van een vermaard houthandelaar uit Lochem.

Een theehuis? Peter Mense: “We waren absoluut tegen alcohol en daar hadden we ook geen vergunning voor. De Achterhoekse biercultuur was ons te plat. En koffie vonden we niet alternatief genoeg. Maar we hadden wel vele soorten thee.” Aan een stel Duitse jongeren werd ooit een doosje pepermuntthee voor tien gulden verkocht, met daarbij het verhaal dat het hallucinerend zou werken. “Het grappige was dat ze later nog eens terugkwamen met de mededeling dat het ‘good stuff’ was en dat ze nog wel een doosje wilden. Met de opbrengst konden we onze eigen voorraad thee weer aanvullen”, vertelt Mense.

Paradiso

René Boom weet nog hoe het idee voor ‘De Os’ ontstond. “We gingen regelmatig met een stel jongens uit Lochem naar Amsterdam. Daar had je Paradiso en Fantasio. Dat vonden we geweldig.” Peter Mense vertelt dat Fantasio aan de Prins Hendrikkade stond. Om aan te geven dat de Lochemse jongeren de Amsterdamse scene al heel snel kopieerden: De psychedelische poptempel Fantasio opende slechts een krap jaar eerder dan De Vergulde Os. Paradiso is nog een half jaartje ouder en werd in oktober 1967 opgezet door een groep krakers.

Peter Mense: “We gingen met een oude Eend naar Amsterdam. Er pasten net zes man in zo’n auto. We pendelden ‘s avonds tussen Paradiso en Fantasio. ‘s Nachts sliepen we met diezelfde zes man in de auto, om de volgende dag weer naar Lochem te rijden. Op een gegeven moment zeiden we tegen elkaar: ‘We zijn gek dat we steeds hierheen kleppen. We beginnen zelf iets en dan laat die Amsterdammers maar naar Lochem komen!”

Lees verder onder de foto…

Groepsfoto voor de onbewoonbare verklaarde woningen aan de Oosterwal waar De Vergulde Os zich bevond. (Bron: archief Paul van Maanen)

Lieve jongens

Zogezegd, zo gedaan. Dat klinkt gemakkelijk, en dat was het eigenlijk ook wel. De gemeente deed niet moeilijk en ook de Lochemse bevolking sprak er geen schande van. De jongerencultuur had toen kennelijk nog geen slechte naam. Dat er geen alcohol en drugs in het spel waren en omdat het ging om ‘lieve jongens uit de gegoede burgerij’ zal ook wel een rol hebben gespeeld.

Alternatief en psychedelisch moest het zijn. Dat kwam vooral tot uiting door de muziek die werd gedraaid. Uit de luidsprekers klonk muziek van onder meer Frank Zappa, Electric Prunes en van meer obscure artiesten als Wild Man Fischer en The Holy Modal Rounders. Wie nieuwsgierig is vindt ze zowaar gewoon op Spotify. Van vaderlandse bodem belandde vinyl van bands als Q65 en Cuby + Blizzards op de draaitafel.

Macrobiotisch

En wie denkt dat ‘vegan’ van deze tijd is moet weten dat in De Os al zeer gezond werd gegeten. Al werd dat toen nog macrobiotisch genoemd. Onder de naam ‘Franky’s Food’ werd het bereid en verkocht. René Boom vertelt dat De Vergulde Os werd gevraagd om de catering van een van de eerste popfestivals in het openluchttheater te verzorgen. Hij zegt: “We maakten onder meer volkorenbrood met worteltjes en watergruwel.” Dat viel niet in goede aarde bij wie een vette hap bliefde. “Maar we waren aan het einde van de dag wel helemaal uitverkocht”, vult Peter Mense aan. En de hele Os-crew werd later gevraagd om hetzelfde kunstje nog eens op te voeren in een jongerencentrum in het Limburgse Sevenum. Franky’s Food on tour.

Het jongerencentrum had succes. Dat is onder meer af te leiden uit een uitgebreide ledenlijst. Want je moest lid worden en vervolgens soms nog een klein bedragje betalen bij speciale activiteiten. Je was overigens al lid voor twee gulden. Uit de lijst, met 234 namen, blijkt dat de formule niet alleen Lochemse jongeren aansprak. De leden kwamen zelfs uit Arnhem, Amsterdam, Groningen, Breda, Rotterdam, Den Helder en Den Haag.

Remco Campert

Uit de vele krantenknipsels uit het plakboek van Paul van Maanen komt een beeld naar voren van een cultuurpaleisje met deels grote namen. Daaronder Remco Campert, Albert Mol en schrijfster Annelies Jorna. Campert kwam voor een fles jenever en ook de andere vroegen vaak weinig of helemaal geen vergoeding voor hun optreden. “Het was de tijd dat geld voor velen geen grote rol speelde. Het draaide meer om sfeer en een goed gevoel bij wat je deed”, aldus Peter Mense.

De inrichting van het pand werd bij elkaar gescharreld. Oud meubilair en een met wat hout in elkaar getimmerde bar en podia. De WC was een soort bak met een deksel die eens per week werd leeg gekieperd in de gracht voor de deur. Guerdon (Geurt) Bill, de partner van Albert Mol, droeg zijn steentje bij door uitermate sfeerverhogende vloeistofprojecties te introduceren. Dat had hij geleerd in San Francisco, de bakermat van de hippiescene.

Dolfinarium

In 1970 werd in de Gudulakerk een festivalletje gehouden met dichters, schrijvers en muzikanten. René Boom weet nog dit een groot succes werd en dat het goed was voor het imago van De Vergulde Os. Maar ludiek bleef het allemaal ook. Want in een artikel in de plaatselijke krant, over het éénjarig bestaan, werd de instelling van een werkgroepenstructuur aangekondigd. Een van die werkgroepen heette ‘Dolfinarium Lochem’. Een bouwtekening voor deze voorziening op de Markt was er al. Het was bedoeld om ‘het contact tussen mens en natuur in de stad te herstellen’.

Meer serieus was de oprichting van Provadya Achterhoek. Ook dit was uit Amsterdam komen overwaaien. Wikipedia schrijft: ‘…voor en door de alternatieve jeugd georganiseerde avonden. Kenmerkende bestanddelen waren popmuziek, dans, theater, film, poëzie en lichtshows.’ De Lochemse kerken gaven er zelfs een bescheiden subsidie voor.

Alternatieve WK

À propos ludiek. De in de jaren ’70 zeer beroemd geworden Alternatieve Wereldkampioenschappen komen uit de boezem van De Vergulde Os. Het idee ontstond nadat vanuit het pand aan de Oosterwal al eens wedstrijden achteruitlopen rondom de gracht waren gehouden.

Tijdens een meerdaags festival dat de jongeren in de zomer van 1970 op de Markt hielden werden daar allerlei varianten op bedacht, waaronder het paalzitten dat toen net in opkomst was. Unieker waren recordpogingen als suikerkorrels tellen, achter het net vissen en door het oog van de naald kruipen. Later bouwde jongerencentrum Ungha, dat toen ook van de grond was gekomen, de formule uit. Zelfs het Journaal had wel belangstelling voor het roeien met de riemen die je hebt, waarbij een roeiboot op de gracht moest worden voortbewogen met een greep en een schop.

Verdwenen

De Vergulde Os kwam met een knal en verdween na dik anderhalf jaar stilletjes. Volgens René Boom gingen de oprichters studeren of, zoals hijzelf, in militaire dienst. Ook waren er kennelijk plannen met de oude pandjes aan de Oosterwal. Ze gingen in ieder geval niet veel later plat. De initiatiefnemers effenden hoe dan ook paden voor Lochemse jongeren.

De Vergulde Os leeft nog een beetje voort in de vorm van een Facebookpagina onder die naam.

Met dank aan Marianne van Maanen-Reith voor het beschikbaar stellen van het archief van Paul van Maanen.