Vastgoedfondsen in het buitenland: belangrijke verschillen met Nederland

0
Foto ter illustratie (bron: pixabay.com)
Reading Time: 4 minutes

(dit is gesponsorde content)
Voor Nederlandse beleggers die hun blik richten op internationale vastgoedmarkten, bieden buitenlandse vastgoedfondsen interessante mogelijkheden. Deze fondsen werken echter vaak fundamenteel anders dan hun Nederlandse tegenhangers. Van regelgeving tot belastingen, van structuur tot transparantie: elk land heeft zijn eigen aanpak. Het is daarom cruciaal om deze verschillen goed te begrijpen voordat je investeert. In dit artikel bespreken we de belangrijkste verschillen tussen Nederlandse en buitenlandse vastgoedfondsen, zodat je als belegger weloverwogen keuzes kunt maken. We kijken naar concrete voorbeelden uit verschillende landen en belichten zowel de kansen als de uitdagingen van internationaal vastgoed beleggen.

Amerikaanse REITs: een ander systeem

In de Verenigde Staten domineren Real Estate Investment Trusts (REITs) de vastgoedbeleggingsmarkt. Deze REITs zijn verplicht beursgenoteerd en moeten minimaal 90% van hun belastbare winst uitkeren aan aandeelhouders. Dit verschilt sterk van Nederlandse vastgoedfondsen, die vaak niet-beursgenoteerd zijn en meer flexibiliteit hebben in hun uitkeringsbeleid. Amerikaanse REITs bieden dagelijkse liquiditeit omdat ze aan de beurs worden verhandeld. Je kunt je positie binnen enkele minuten verkopen, terwijl Nederlandse vastgoedfondsen vaak maandelijkse of kwartaalse in- en uitstapmomenten hebben. Echter, deze liquiditeit gaat gepaard met meer volatiliteit. Beursgenoteerde REITs kunnen op korte termijn sterker schommelen dan directe vastgoedfondsen.

Sectorspecialisatie in de VS

Amerikaanse REITs zijn vaak zeer gespecialiseerd. Je vindt REITs die zich uitsluitend richten op datacenten, ziekenhuizen, winkelcentra of kantoren. Het Realty Income Corporation bijvoorbeeld bezit meer dan 13.000 vrijstaande winkelpanden verhuurd aan bedrijven zoals Walgreens en Dollar General. Deze specialisatie is veel sterker dan bij Nederlandse fondsen, die doorgaans meer gespreid investeren.

Duitse vastgoedfondsen: voorzichtig en gereguleerd

Duitsland kent een zeer conservatieve benadering van vastgoedfondsen. Duitse offene Immobilienfonds zijn zwaar gereguleerd sinds de crisis van 2008-2012, toen veel fondsen hun deuren moesten sluiten. Nieuwe regelgeving verplicht fondsen om minimaal 60% in vastgoed te beleggen en maximaal 49% in buitenlandse markten. Een opvallend verschil met Nederland is de verplichte halte periode. Duitse beleggers kunnen pas twee jaar na instap uitstappen, en het fonds mag maximaal 20% van zijn vermogen per half jaar teruggeven. Deze regels maken Duitse fondsen veel minder flexibel dan vastgoedfonds opties in Nederland.

Transparantie en rapportage

Duitse fondsen hanteren zeer gedetailleerde rapportage-eisen. Elk vastgoedobject wordt individueel gewaardeerd en gerapporteerd, met uitgebreide informatie over huurders, leegstand en onderhoudskosten. Deze transparantie overtreft wat Nederlandse fondsen meestal bieden, maar maakt de rapporten ook veel complexer om te lezen.

Australische A-REITs: unieke kenmerken

Australië heeft een eigen variant ontwikkeld: Australian Real Estate Investment Trusts (A-REITs). Deze fondsen combineren eigenschappen van Amerikaanse REITs met Europese benaderingen. Een belangrijk verschil is dat A-REITs zich vaak richten op infrastructuur naast traditioneel vastgoed, zoals luchthavens, havens en tolwegen.

Scentre Group, eigenaar van Westfield winkelcentra in Australië, is een voorbeeld van een A-REIT die sterk verschilt van Nederlandse vastgoedfondsen. Het fonds beheert uitsluitend grote winkelcentra en heeft directe operationele betrokkenheid bij de verhuuractiviteiten, iets wat Nederlandse fondsen meestal uitbesteden.

Fiscale structuur down under

A-REITs profiteren van een unieke fiscale structuur waarbij distributies vaak bestaan uit belastbaar inkomen en belastingvrije kapitaal terugbetaalt. Voor Nederlandse beleggers betekent dit complexe belastingaangiften en mogelijk dubbele belastingheffing zonder verdrag-bescherming.

Franse SIIC: elegante structuur met eigenaardigheden

Frankrijk heeft Sociétés d’Investissements Immobiliers Cotées (SIIC), die vergelijkbaar zijn met REITs maar belangrijke verschillen kennen. SIIC’s moeten 95% van hun huurinkomsten uitkeren maar slechts 60% van meerwaarden bij verkoop. Dit geeft meer flexibiliteit voor herinvestering dan Amerikaanse REITs. Unibail-Rodamco-Westfield, eigenaar van grote winkelcentra in Europa, opereerde lange tijd als SIIC. Het fonds bezit iconische centra zoals Les Halles in Parijs en Westfield London. De operationele betrokkenheid bij centrumontwikkeling en -beheer is veel intensiever dan bij Nederlandse vastgoedfondsen gebruikelijk.

Aziatische J-REITs: culturele verschillen

Japanse REITs (J-REITs) weerspiegelen de unieke vastgoed cultuur van Japan. Deze fondsen investeren vaak in zeer specifieke objecten zoals hotels, woningen of logistiek, maar binnen strikt gedefinieerde geografische gebieden. Japan Real Estate Investment Corporation bijvoorbeeld richt zich uitsluitend op kantoren in de drie grootste stedelijke gebieden van Japan. Een opvallend verschil is de externe management-structuur. J-REITs worden niet intern beheerd, maar door externe asset management bedrijven, wat interessante belangenconflicten kan opleveren die in Nederland minder gebruikelijk zijn.

Singapore REITs: hub functie

Singapore positioneert zich als hub voor Aziatische vastgoedbeleggingen. Singaporese REITs investeren vaak in het hele Azië-Pacific gebied, van kantoren in China tot winkelcentra in Maleisië. CapitaLand Integrated Commercial Trust bezit bijvoorbeeld vastgoed in Singapore, China, Duitsland en Australië vanuit één fondsstructuur.

Belastingverschillen die er toe doen

Een cruciaal verschil tussen landen betreft de belasting behandeling. Nederlandse beleggers betalen vermogensrendementsheffing over buitenlandse vastgoedfondsen, maar moeten ook rekening houden met bronbelastingen in het land van het fonds. Deze kunnen variëren van 0% in sommige landen tot 30% of meer in andere. Amerikaanse REITs heffen vaak 30% bronbelasting op dividenden voor buitenlandse beleggers, tenzij er verdragsbescherming geldt. Voor Nederlandse beleggers wordt dit meestal teruggebracht tot 15% door het belastingverdrag. Duitse fondsen kennen geen bronbelasting, maar Zwitserse fondsen kunnen wel 35% inhouden.

Valutarisico’s en afdekking

Buitenlandse vastgoedfondsen brengen altijd valutarisico mee. Een fonds in Amerikaanse dollars kan 10% stijgen in lokale valuta, maar als de dollar 15% daalt tegenover de euro, leidt dit tot een verlies voor Nederlandse beleggers. Sommige fondsen bieden valuta-afgedekte varianten, maar deze kosten extra geld.

Regulatoire verschillen in transparantie

De mate van transparantie en rapportage verschilt sterk per land. Amerikaanse REITs moeten zeer gedetailleerde kwartaalrapportages publiceren met uitgebreide financiële data. Zwitserse fondsen daarentegen rapporteren vaak minimaal en geven weinig inzicht in individuele objecten of huurders. Ook de frequentie van waarden verschilt. Nederlandse fondsen laten hun vastgoed meestal kwartaals taxeren, terwijl sommige Aziatische fondsen slechts jaarlijks waarderen. Dit kan leiden tot vertraagde herkenning van waardeveranderingen.

Praktische uitdagingen voor Nederlandse beleggers

Investeren in buitenlandse vastgoedfondsen brengt praktische uitdagingen mee. Documentatie is vaak niet in het Nederlands beschikbaar, waardoor taalbarrières kunnen ontstaan. Ook verschillende tijdzones kunnen communicatie bemoeilijken wanneer je vragen hebt over je investering. Daarnaast hebben veel buitenlandse fondsen hogere minimuminvesteringen dan Nederlandse fondsen. Waar je in Nederland vaak al vanaf 1.000 euro kunt instappen, verlangen internationale fondsen soms minimaal 10.000 of 25.000 euro. Dit maakt diversificatie over meerdere fondsen kostbaarder. Voor Nederlandse beleggers die internationaal willen diversifiëren in vastgoed, bieden buitenlandse vastgoedfondsen interessante mogelijkheden. Echter, de verschillen in structuur, regelgeving en belastingen vereisen grondige voorbereiding. Overweeg professioneel advies om de complexiteiten goed te begrijpen en kostbare fouten te voorkomen.